Deze is lang een klassieker gebleven waarvoor ik lang een spoortje langs de mondhoeken heb gehad. Eindelijk stond die op de planning en dankzij een gouden tip stonden we in een mum van tijd binnen. Het gebouw, verlaten in 2008 stond er vijf jaar later nog heerlijk bij. Spinrag her en der en een salonvloer waar je met elke stap wat in wegzakte. De canapé stond wat permanent doorgezakt. Ik durf me nogal eens verliezen bij pareltjes en dit was hier niet anders. Toen we op het eind terug buiten waren schoot het me plots te binnen dat ik het badkamertje nog was ‘vergeten’ vast te leggen. Jeugdig enthousiasme noem ik dat. Terwijl Kurt vlug naar de bakker ging om wat broodjes te halen spurtte ik naar binnen om nog wat badkamershots te nemen. Voldaan kon ik ook van mijn broodje genieten.
Enkele weken later moest de naam van het kasteeltje veranderd worden naar ‘Chateau sans Gramophone’. Leave nothing but footsteps werd dus letterlijk genomen en de gramofoonspeler had voetjes gekregen.