Een ’te checken’ op de daglijst, die er dan zo imposant uitziet, waren we nog niet zo vaak tegengekomen.
Met een hoofd vol vragen van hoe de binnenkant er nog zou kunnen uitzien begonnen we aan onze zoektocht naar een ingang. Uiteindelijk vonden we een opening en na ons een weg gebaand te hebben door wat rommel en donkerte kwamen we in de grote hall van het hotel. We verspreidden ons over de verschillende verdiepingen en kwamen kort nadien weer samen om allen met hetzelfde antwoord te komen. De zo grote ruimte bood ons geen parels op een dienblad. Alle kamers waren gewoon over alle etages leeggemaakt. Het enige mooie wat overschoot was de structuur van het gebouw in de hall.
Wat me wel zal bijblijven was het heerlijke diner op het strand achteraf en de parkeerboete die tussen de ruitenwisser gekneld zat.